Invoering wet bestuur en toezicht rechtspersonen gedeeltelijk uitgesteld
25-06-2021
Het wetsvoorstel bestuur en toezicht rechtspersonen (WBTR) houdt de gemoederen van stichtingen en verenigingen de laatste tijd flink bezig, zeker nu de invoeringsdatum (1 juli 2021) snel dichterbij komt.
Via allerlei kanalen hebben wij u eerder al op de hoogte gehouden over de voortgang en de inhoud van deze wet. Zie bijvoorbeeld ook onze eerdere Legal Updates van 30 januari 2020 en 12 november 2020 over dit onderwerp, onze artikelen in het Fiscaal Tijdschrift Vermogen (ftV nr. 2, februari 2021) en Zorgvisie en aflevering 32 van Licht op Legal, onze tweewekelijkse podcast.
Op de valreep voor de invoeringsdatum is echter een besluit tot wijziging van het inwerkingtredingsbesluit van de wet gepubliceerd. Dit besluit heeft tot gevolg dat de inwerkingtreding van een aantal bepalingen worden uitgesteld tot een nader bij koninklijk besluit te bepalen datum.
Deze uitgestelde inwerkingtreding geldt voor de bepalingen die het monistisch bestuursmodel faciliteren bij verenigingen, coöperaties, owm’en en stichtingen. Volgens de nota van toelichting zullen die bepalingen in werking treden wanneer de technische mogelijkheid is gerealiseerd voor verenigingen, coöperaties, owm’en en stichtingen om in het handelsregister aan te geven of een bestuurder uitvoerend of niet-uitvoerend is. Zoals wij ook al eerder signaleerden, vormt het ontbreken van de wettelijke grondslag voor een one-tier board geen belemmering om deze statutair te creëren. Op basis van een interne taakverdeling behoorde dit bestuursmodel feitelijk al (en nu nog steeds) tot de mogelijkheden. In de praktijk komt een monistisch bestuursmodel dan ook regelmatig voor. De uitgestelde inwerkingtreding van deze bepalingen doet daar niet aan af, maar biedt wel de mogelijkheid om bestaande one-tier boards pas op een later moment in lijn te brengen met de nieuwe regeling.
De tweede bepaling die uitgesteld wordt, is de bepaling die NV's verplicht om statutair een regeling op te nemen voor de situatie van ontstentenis of belet, bijvoorbeeld door defungeren, ontslag of langdurige ziekte van (alle) commissarissen. Achtergrond van het uitstel van invoering van deze bepaling is het ontbreken van overgangsrecht, waardoor NV's bij invoering van de WBTR meteen de plicht zouden krijgen hun statuten op dit punt aan te vullen. Om dit gebrek te repareren heeft de Minister in het uitstelbesluit aangekondigd dat in een in voor bereiding zijnde verzamelwet separaat geregeld zal worden dat voor NV’s – net als bij alle andere rechtspersonen – zal gaan gelden dat zij pas bij de eerstvolgende statutenwijziging een ontstentenis- en beletregeling voor commissarissen in de statuten moeten opnemen. Wanneer deze aanpassing van het overgangsrecht van de WBTR in werking treedt als onderdeel van de verzamelwet, zal de ontstentenis- en beletregeling voor commissarissen van de NV uit de WBTR in werking treden.
Dit is een Legal Update van Mariël Vrielink en Martijn van Steensel.