Minister houdt vast aan rekenkundige ondergrens stikstof

Als het aan de minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur (LVVN) ligt, wordt de wetenschappelijk onderbouwde rekenkundige ondergrens voor stikstofdepositie (RKO) binnenkort geïntroduceerd in een lopende procedure. Dit blijkt uit de kamerbrief van 13 juni 2025. De minister komt tot dit besluit ondanks stevige kritiek van de Afdeling advisering van de Raad van State (de Afdeling) over de RKO, waarover wij eerder de Legal Update 'Introductie rekenkundige ondergrens stikstofdepositie kwetsbaar volgens Raad van State' schreven.

Wanneer wordt de RKO ingevoerd?

De minister geeft aan dat allereerst op zo kort mogelijke termijn de RKO wordt ingebracht in een lopend proces, in samenwerking met provincies. Ten tweede wordt uitgewerkt hoe de ondergrens wordt toegepast bij salderen en moeten de rekentools en -modellen die worden gebruikt bij vergunningverlening, worden ontwikkeld c.q. aangepast. Daarna zal de daadwerkelijke invoering plaatsvinden en zal de overheid zich onderwerpen aan het oordeel van de hoogste bestuursrechter op dit punt, dat al dan niet na eventuele prejudiciële vragen aan het Hof van Justitie in Europa zal volgen.

De minister benadrukt dat de juridische risico's die de Afdeling signaleert, zoveel mogelijk zullen worden ondervangen. De minister ziet echter geen noodzaak tot het nemen van maatregelen voor natuurherstel als voorwaarde voor de RKO. Bij de RKO gaat het er namelijk om dat er wetenschappelijke argumenten zijn dat een met een model berekende depositiebijdrage onder die ondergrens niet meer met voldoende zekerheid aan een individuele bron kan worden toegerekend. Dat de Nederlandse Staat onbetwist gehouden is maatregelen te nemen, staat daar los van, aldus de minister. 

Kritiek

Opmerkelijk genoeg maakt de minister onderscheid tussen de RKO (een wetenschappelijk onderbouwde rekenkundige ondergrens) en een beleidsmatige drempelwaarde die hier niet aan de orde zou zijn. Bij beleidsmatige drempelwaarden gaat het volgens de minister om projecten met een depositiebijdrage onder een bepaalde grens, die worden vrijgesteld van de vergunningplicht. Die redenering volgend, zie ik – los van het antwoord op de vraag of die juist is – niet in waarom de minister tegelijkertijd meent dat de RKO moet worden ingevoerd. Als er een wetenschappelijke onderbouwing voor een ondergrens bestaat, dan is dat de beste wetenschappelijke toepassing die gewoon al geldt/toegepast kan/moet worden zonder verdere stappen.

Het is afwachten hoe dit onderwerp zich ontwikkelt. We houden u op de hoogte over het vervolg.

Dit is een Legal Update van Mathilde van Velzen-de Boer.