Over de wenselijkheid om iedere pagina te paraferen, deel twee
04-06-2019
In Bedrijfsjuridische berichten (Bb) 2019/41 schreef Marcel Ruygvoorn het artikel ‘Over de wenselijkheid om iedere pagina te paraferen, deel twee’.
In Bedrijfsjuridische berichten (Bb) 2017/71 berichtte Marcel over een uitspraak van het Gerechtshof Den Haag van 21 februari 2017. De rechtsvraag die in dit arrest centraal stond, was of een uit meerdere pagina’s bestaand geschrift dat enkel op de laatste pagina is ondertekend, kan kwalificeren als een akte in de zin van art. 156 lid 1 Rv. en daarmee dwingende bewijskracht heeft (behoudens tegenbewijs). Dat gold, volgens het hof, wel voor de laatste pagina (die immers ondertekend was) maar niet voor de voorafgaande, niet ondertekende pagina’s. Inmiddels heeft de Hoge Raad op 19 april 2019 het betreffende arrest van het Hof Den Haag gecasseerd en komt tot een ander oordeel.