Noot: Afdeling wijzigt uitgangspunten voor beoordeling stikstofeffecten van gebruik onder het planologisch overgangsrecht
29-02-2024
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State hanteert voortaan een ander uitgangspunt voor de beoordeling van stikstofeffecten, die worden veroorzaakt door gebruik dat onder de beschermende werking van het overgangsrecht valt. Dat doet zij in een uitspraak van 1 november 2023, waar Mathilde van Velzen-de Boer een annotatie bij schreef in het Tijdschrift voor Bouwrecht (TBR) 2024/19.
Vroeger was de lijn van de Afdeling dat gebruik dat al was toegestaan op grond van het planologisch overgangsrecht, geen onderdeel uitmaakte van de referentiesituatie. Als dit gebruik vervolgens positief bestemd werd in een opvolgend bestemmingsplan, moest het gebruik aangemerkt worden als een (nieuwe) ruimtelijke ontwikkeling. De effecten van dit gebruik op Natura 2000-gebieden moesten dan alsnog worden beoordeeld bij de vaststelling van een nieuw bestemmingsplan, ook al vond het gebruik feitelijk al plaats.
In de geannoteerde uitspraak overweegt de Afdeling in ro. 13.5-13.6 dat voortaan een referentiesituatie kan worden ontleend aan gebruik dat onder de beschermende werking van planologisch overgangsrecht valt, mits het gebruik ten tijde van de vaststelling van het nieuwe bestemmingsplan ook feitelijk aanwezig is. De situatie onder het planologisch overgangsrecht kan dan worden beschouwd als de feitelijke, planologisch legale situatie voorafgaand aan de vaststelling van het betreffende bestemmingsplan. Dat is nieuw. In deze gevallen hoeven de effecten van dat gebruik op Natura 2000-gebieden dus niet meer te worden beoordeeld bij de vaststelling van een nieuw bestemmingsplan.
Download hieronder de eerste pagina als pdf of lees de volledige noot in het Tijdschrift voor Bouwrecht (TBR) 2024/19.