Geen transitievergoeding bij herplaatsing in lager betaalde functie
20-04-2020
Afgelopen vrijdag heeft de Hoge Raad beslist dat een werknemer die na langdurige arbeidsongeschiktheid wordt herplaatst in een lager betaalde functie geen recht heeft op een gedeeltelijke transitievergoeding.
Deze uitspraak is een vervolg op de zogenoemde Kolom-beschikking uit 2018. Hierin heeft de Hoge Raad beslist dat een werknemer recht heeft op een gedeeltelijke transitievergoeding indien de overeengekomen arbeidsduur structureel voor ten minste 20% wordt teruggebracht. Dat kan bijvoorbeeld het geval zijn bij een reorganisatie waarbij functies slechts gedeeltelijk vervallen of bij blijvende gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid van de werknemer. Zie in dit verband onze eerdere Legal Update.
De Kolom-beschikking riep verschillende vragen op. Bestaat het recht op een transitievergoeding alleen bij 20% of meer verlies aan arbeidsomvang of ook bij 20% of meer verlies aan inkomen? De Hoge Raad geeft nu duidelijkheid en overweegt dat herplaatsing in een andere functie niet gelijk kan worden gesteld aan een gedeeltelijke beëindiging van de arbeidsovereenkomst. Sterker nog, herplaatsing beoogt juist te voorkomen dat de arbeidsovereenkomst wordt beëindigd. Een lager salaris als gevolg van een herplaatsing geeft daarom geen recht op een transitievergoeding, aldus de Hoge Raad.
Ook als de werknemer een inkomensverlies heeft van ten minste 20% als gevolg van de combinatie van een structurele vermindering van de arbeidsduur en een herplaatsing in een functie met een lager salaris, bestaat geen recht op een (gedeeltelijke) transitievergoeding. Er is dan namelijk niet voldaan aan het vereiste van een substantiële vermindering van de arbeidsduur als bedoeld in de Kolom-beschikking.
Mocht u vragen hebben over het recht op een gedeeltelijke transitievergoeding, neem dan gerust contact op met één van onze specialisten.
Dit is een Legal Update van Anne Haverkort.