De Miljoenennota 2023 en de begroting VWS: een overzicht

28-09-2022

Op Prinsjesdag, 20 september 2022, werd de Miljoenennota gepresenteerd. Daarbij ook de specifieke begroting voor het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS). In een blog op Sociaalweb belichtten wij al kort twee kernthema’s. In deze Legal Update zetten wij de belangrijkste beleidsplannen en -wijzigingen uiteen voor de verschillende deelgebieden van de gezondheidszorg voor het komende jaar. U vindt de Miljoenennota, het Belastingplan en de specifieke rijksbegrotingen hier.

Beleidsprioriteiten

De begroting voor VWS begint met het benoemen van enkele algemene beleidsprioriteiten. Het gaat om het bereiken van:

  • Zelfstandigheid van mensen in een ‘gezonde samenleving’
  • Zo min mogelijk gezondheidsverschillen tussen burgers
  • Het ‘omkijken naar elkaar’ en elkaar helpen waar dat nodig is
  • Duurzame zorg, waarbij minder afval en CO2 wordt geproduceerd en waarbij meer materialen worden hergebruikt.

Een belangrijk overkoepelend beleidsthema dat op meerdere plekken terugkomt in de begroting is daarnaast de inzet op preventie. Gezien de toenemende vergrijzing en de daarmee samenhangende behoefte aan zorg is het voor VWS een topprioriteit om deze behoefte te verminderen. Het bedrag dat een Nederlander gemiddeld betaalt aan de zorg stijgt van 2022 op 2023 bijvoorbeeld al met 6,4 procent. Deze zorgbehoefte kan en moet volgens het Ministerie worden verminderd door de inzet op het voorkomen van ziekte. Deze aanpak zien wij terug in enkele van de kernprogramma’s waarop het Ministerie inzet, zoals het Nationaal Preventieakkoord, het Integraal Zorgakkoord (IZA) en het programma Wonen, Ondersteuning en Zorg voor Ouderen (WOZO). Deze programma's bespreken wij verderop kort.

Curatieve zorg en Zorgverzekeringswet

Binnen het compartiment van de curatieve zorg zoals verzekerd onder de Zorgverzekeringswet (Zvw) zijn de directe wijzigingen beperkt. Beleidsmatig zijn de belangrijkste wijzigingen te vinden in het project Pandemische paraatheid en het Integraal Zorgakkoord (IZA).

Voor wat betreft de Pandemische paraatheid – een uitvloeisel van de Covid-19 crisis –zet het kabinet in op drie grote beleidsopgaven: versterkte publieke gezondheidszorg en infectieziektebestrijding, verbeterde basis en opschaalbaarheid van de zorg en versterkte leveringszekerheid en toegang tot medische producten (waaronder vaccins). In dit kader wordt voor programma's die inzetten op onder meer informatieverspreiding, versterking van de GGD's en de nieuw op te richten Landelijke Functionaliteit Infectieziektebestrijding (een landelijke crisisorganisatie) zo'n €200 miljoen gereserveerd.

Het Integrale Zorgakkoord is daarnaast de tweede belangrijke beleidspijler onder het gedeelte van de begroting dat op de curatieve zorg ziet. Dit IZA is gericht op het realiseren van 'passende zorg'. In deze beleidspijler komen eigenlijk een aantal specifieke maar gescheiden aanpassingen van het zorgstelsel aan bod. Het IZA gaat uit van meer preventie in de zorg, maar ook van regionale samenwerking in het curatieve domein, alsmede samenwerking tussen huisartsen, het sociaal domein en de ggz en de verbetering van digitale gegevensuitwisseling. Dit zijn al met al behoorlijke ingrijpende wijzigingen, die op de termijn van vier jaar waarvoor het Zorgakkoord geldt moeten uitkristalliseren. Desondanks wordt er in 2023 al ruim € 300 miljoen gereserveerd voor het versterken van samenwerking in de curatieve zorg.

Daarnaast springen een paar zaken uit de begroting. Het gaat om:

  • Het afschaffen van de collectiviteitskorting per 1 januari 2023
  • Het verplicht eigen risico blijft de komende drie jaar (t/m 2025) ongewijzigd en blijft dus € 385,-
  • Opname van vaccinatie tegen het Rotavirus in het Rijksvaccinatieprogramma.

Uit de begroting van Sociale Zaken en Werkgelegenheid volgt daarnaast dat de zorgtoeslag voor 2023 wordt vergroot, met € 432 voor alleenstaanden en € 463 voor paren (op jaarbasis). Dit in directe respons op de stijgende energieprijzen voor huishoudens.

Langdurige zorg en Wmo

In juli heeft de minister voor Langdurige Zorg het beleidsprogramma WOZO (Wonen Ondersteuning en Zorg voor Ouderen) aan de Tweede Kamer aangeboden. Dit programma wil het antwoord zijn op de doorlopende vergrijzing en stijgende zorgkosten. Doel is dat ouderen in de toekomst langer kunnen thuis wonen op een plek waar zij zich thuis voelen. De 5 actielijnen van dit beleid zijn:

  1. Samen vitaal en zelfstandig ouder worden
  2. Organisatie basiszorg
  3. Passende ouderenzorg in samenhang
  4. Wonen en ouderen
  5. Innovatie en anders organiseren

Deze actielijnen zijn ook terug te zien in de begroting en de miljoenennota. In 2023 wordt ruim € 200 miljoen geïnvesteerd in het uitvoeren van WOZO en het flankerend beleid. Het kabinet maakt geld vrij om de transitie van wonen en zorg verder te stimuleren. Zorgkantoren krijgen middelen om bij de inkoop te sturen op extramurale leveringsvormen (VPT, MPT, pgb) en gemeenten om geclusterde woningen tot stand te brengen. In het kader van flankerend beleid krijgen gemeenten de plicht om aan ouderen programma's voor valpreventie aan te bieden. De hoop en gedachte is dat zulke maatregelen zich op termijn terug zullen betalen in de vorm van kostenbesparingen. Ook die zijn voor de aankomende jaren al ingeboekt.

Mede door de vergrijzing ziet het kabinet een toenemende vraag aan palliatieve zorg en geestelijke verzorging thuis. De meeste mensen die overlijden hebben in hun laatste fase behoefte aan een vorm van palliatieve zorg en ondersteuning. Het kabinet trekt in de periode 2022-2027 een bedrag van in totaal € 150 miljoen uit om een impuls te geven aan de kwaliteit, toegankelijkheid en financiering van deze zorgvormen.

In de gehandicaptenzorg wordt ingezet op het consolideren van het – inmiddels afgeronde – programma Volwaardig Leven. De regering wil meerjarige contracten mogelijk maken tussen Wlz-uitvoerder en zorgaanbieders. Dat biedt meer financiële zekerheid en de mogelijkheid om meer medewerkers in vaste dienst te nemen.

In de Wmo streeft de regering naar een eerlijkere (in veel gevallen zal dat zijn: hogere) eigen bijdrage om de aanzuigende werking van het abonnementstarief voor huishoudelijke hulp af te remmen. Die maatregel moet ingaan per 2025, komend jaar worden voorbereidingen getroffen. Daarnaast wil de regering het Wmo-toezicht verbeteren door in 2023 de randvoorwaarden voor de Wmo-toezichthouder te waarborgen in wet- en regelgeving. Voor het gehele sociaal domein is in het Integraal Zorgakkoord vanaf 2023 een bedrag van € 150 miljoen gereserveerd om de beweging "naar de voorkant en preventie" te realiseren.

Tot slot benadrukt de regering nog het belang van maatregelen ter bestrijding van eenzaamheid en ter bescherming van kwetsbare groepen, zoals de aanpak dak- en thuisloosheid en programma's tegen huiselijk geweld en mishandeling van kinderen en ouderen.

Jeugdwet

Plannen voor de jeugdzorg blijven in de begroting voor 2023 beperkt, ondanks het feit dat het kabinet constateert dat er 'flinke hervormingen' nodig zijn. In mei 2022 is er een hervormingsagenda voor de jeugdzorg gepresenteerd, die bestaat uit vijf leidende principes:

  • Passende zorg is beschikbaar voor de meest kwetsbare kinderen en jongeren
  • Versterken veerkracht van kinderen en gezinnen in hun normale dagelijkse leven
  • Minder marktwerking, meer samenwerking en betere inkoop van zorg
  • Verbetering kwaliteit en effectiviteit van jeugdzorg
  • Jeugdzorg als effectieve samenwerkingspartner

In de begroting voor 2023 worden hier evenwel nog geen concrete deadlines aan verbonden. Wel wordt er een incidentele financiële injectie beschikbaar gesteld van €1,45 miljard aan gemeentes.

Covid-19 en preventie

Er is nog geen sprake van een nieuwe besmettingsgolf, maar Covid-19 is nog niet verdwenen. Over 2023 verwacht het kabinet nog bijna € 3 miljard aan uitgaven te moeten maken, waarvan een groot deel naar de GGD's en veiligheidsregio's en naar testcapaciteit zal gaan. Dat is evenwel een forse vermindering ten opzichte van de bijna € 6,5 miljard die Covid-19 in 2022 kostte op de zorgbegroting.

Tenslotte wijzen wij nog op de uitwerking van preventie, een belangrijke beleidspijler onder deze begroting. Onder het Nationaal Preventieakkoord wordt ingezet op het matigen van alcoholgebruik en het verlagen van overgewicht, het streven naar een rookvrije generatie in 2040 en het vergroten van de aandacht voor sport en beweging. Voor dat laatste wordt zo'n € 120 miljoen uitgetrokken, voor de preventie van schadelijk middelengebruik (waaronder alcohol en tabak) zo'n € 31,4 miljoen. Een opmerkelijke nieuwe kostenpost is mentale gezondheid (niet binnen het kader van de GGZ). Voor programma's rond dit thema wordt bijna € 5 miljoen vrijgemaakt aan subsidie- en opdrachtgelden.

Slot

Al met al zetten de Miljoenennota 2023 en de VWS-specifieke begroting geen radicaal nieuwe sporen uit. Wel worden er enkele wissels getrokken op de toekomst, waarbij met name de grotere aandacht voor preventie en de beoogde verschuiving van de manier waarop het kabinet de zorg voor ouderen wil organiseren opvallen.

Heeft u naar aanleiding van het bovenstaande nog vragen? Neem dan gerust contact op met één van onze specialisten.

Dit is een Legal Update van Roland Bertens.

Download als pdf

Specialist(en)