De Governancecode Zorg in 2021: wijzigingen op komst?

06-01-2021

Drie recente rapporten wekken de indruk dat wijzigingen van de Governancecode Zorg 2017 aanstaande zijn. Het gaat onder meer om de regels over belangenverstrengeling, de werkgeversrol van de raad van commissarissen bij zorg-BV's en de positie van vrijgevestigd medisch specialisten en hun MSB's.

Advies belangenverstrengeling van de Governance Innovatie- en Adviescommissie (IAC)

Het eerste rapport is het Advies belangenverstrengeling van de Governance Innovatie- en Adviescommissie (IAC). De IAC is ingesteld door de Brancheorganisaties Zorg (BoZ), opsteller van de Governancecode, en monitort de ontwikkelingen van de governance in de zorg. 

Op verzoek van BoZ boog de IAC zich over de vraag of de Governancecode op het thema belangenverstrengeling meer guidance moet geven voor goed bestuur ingeval van te onderscheiden belangen. Ze beantwoordt die vraag bevestigend, wat zich vertaalt in onder meer het advies tot aanscherping van artikel 2.6 van de Governancecode over belangentegenstellingen. Zo wordt een lijstje voorgesteld met concrete verboden, bijvoorbeeld het verbod voor bestuurders om andere betaalde werkzaamheden te verrichten voor de zorgorganisatie. Het is onduidelijk hoe dit verbod zich zou gaan verhouden tot arts-bestuurders. Ook wordt voorgesteld om transacties waarbij tegenstrijdige belangen van bestuurders, toezichthouders of aandeelhouders spelen aan goedkeuring van de raad van toezicht te onderwerpen. Als het aan de IAC ligt worden bovendien de ondernemingsraad en cliëntenraad geïnformeerd over dit soort transacties en wordt daarover met hen gesproken. 

De IAC sondeert dit advies nu onder de achterban en stelt het advies op basis daarvan mogelijk nog bij. 

Bouwen op een stevig fundament van Governance Support

Het tweede rapport heeft de titel Bouwen op een stevig fundament en bevat de resultaten van onderzoek door Governance Support in opdracht van de BoZ naar de bijdrage van de Governancecode Zorg aan goed bestuur en toezicht in de zorg. In het rapport wordt een aantal suggesties gedaan voor een volgende versie van de Governancecode Zorg:

  • Meer aandacht voor de brede maatschappelijke rol van zorginstellingen en in het verlengde daarvan verheldering van de rol van de raad van toezicht als 'maatschappelijk geweten'. 
  • Duidelijker beschrijven wat onder integriteit wordt verstaan.
  • Versterking van de positie van de Governancecommissie Gezondheidszorg.
  • Aandacht voor de governance bij keten- en netwerkorganisaties.
  • Aandacht voor bestuur en toezicht bij rechtspersonen anders dan de 'eenvoudige' stichting, zoals joint ventures, coöperaties en BV's met een DGA-structuur.

Een opvallende laatste suggestie is om in een volgende versie van de Governancecode Zorg aparte aandacht te besteden aan de positie van vrijgevestigde medisch specialisten. Deze vrijgevestigden zijn doorgaans per ziekenhuis georganiseerd in zogeheten medisch specialistische bedrijven. In het rapport valt te lezen dat zorgverzekeraars de 'dominantie' van deze MSB's een 'blinde vlek' in de governance van ziekenhuizen vinden. 

Onderzoeksrapport faillissement Slotervaart van de IGJ en de NZa

Het derde rapport is het Onderzoeksrapport van de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd en de Nederlandse Zorgautoriteit naar het faillissement van het Slotervaartziekenhuis BV. De beide toezichthouders concluderen onder meer dat het Slotervaartziekenhuis niet voldeed aan het vereiste uit de Governancecode dat de werkgeversrol ten aanzien van de raad van bestuur onafhankelijk moet worden belegd bij een raad van commissarissen. De reden voor die conclusie is dat de raad van commissarissen van het ziekenhuis weliswaar de bevoegdheid had om een bestuurder te schorsen, maar dat zo'n besluit ongedaan gemaakt kon worden de algemene vergadering van aandeelhouders (AVA) van het Slotervaartziekenhuis, terwijl de AVA uit dezelfde personen bestond als het bestuur van het ziekenhuis. Deze situatie had bovendien tot gevolg dat er bij het Slotervaartziekenhuis geen onafhankelijk orgaan was belast met het benoemen, belonen, beoordelen, schorsen en ontslaan van de bestuurders.

Om deze situatie in de toekomst te voorkomen, bevelen de IGJ en de NZa aan VWS en de BoZ aan om de raad van commissarissen bij grotere zorg-BV's standaard met de zwaardere werkgeversrol te belasten. Die zwaardere werkgeversrol zou concreet betekenen dat de raad van commissarissen bij een grotere zorg-BV de werkgeversrol van de raad van commissarissen onder het structuurregime toebedeeld moet krijgen. De minister waardeert deze aanbeveling positief. Daarom wil ze nader onderzoeken of een wettelijke maatregel gerechtvaardigd is en wat een goede onderbouwing zou kunnen zijn voor een omzetdrempel om te kunnen spreken van een 'grotere' zorg-BV. Bovendien gaat ze in gesprek met de BoZ over nut en noodzaak van aanpassing van de Governancecode. De uitkomsten van deze verkenningen stuurt de minister naar verwachting dit kwartaal aan de Tweede Kamer.

Specialist(en)