Conclusie A-G Hartlief: geen toestemming, geen oordeel
08-06-2023
Vorig jaar stelde de Rechtbank Rotterdam prejudiciële vragen aan de Hoge Raad over de omgang met medische gegevens bij de afhandeling van claims tegen een ziekenhuis wegens een medische fout. Vandaag publiceerde A-G Hartlief zijn advies aan de Hoge Raad in deze kwestie.
Aanleiding
In de zaak die zich bij de Rechtbank Rotterdam voordeed heeft een patiënte het ziekenhuis aansprakelijk gesteld vanwege een vermeende fout bij de behandeling die zij had ondergaan. Naar aanleiding van de aansprakelijkstelling heeft het ziekenhuis de patiënte gevraagd om een medische machtiging te tekenen, waarmee het de behandelaars in het ziekenhuis werd toegestaan medische informatie te delen met, onder meer, een jurist van de verzekeraar. De patiënte weigerde de medische machtiging te verlenen. Naar aanleiding van deze kwestie stelde de Rechtbank Rotterdam prejudiciële vragen aan de Hoge Raad.
Prejudiciële procedure
In de prejudiciële procedure gaat het kort gezegd over twee vragen. Ten eerste gaat het om de vraag of medische gegevens zonder toestemming en zelfs ondanks bezwaren van de patiënt mogen worden gedeeld met de verzekeraar. Ten tweede gaat om de vraag of een zorgaanbieder ook een inhoudelijk standpunt moet innemen over de claim als de patiënt geen toestemming heeft gegeven voor het delen van medische gegevens met de verzekeraar. Uitzonderlijk in deze prejudiciële procedure is dat A-G Hartlief in aanloop naar zijn conclusie een oproep deed aan de praktijk. Hij vroeg de praktijk in het bijzonder naar hoe wordt omgegaan met medische informatie in het kader van de afwikkeling van medische aansprakelijkheidskwesties. Tot 10 maart 2023 kon daar door de praktijk op worden gereageerd.
Advies A-G Hartlief
Vandaag, op 8 juni 2023, publiceerde A-G Hartlief zijn advies aan de Hoge Raad. Kort gezegd concludeert Hartlief daarin dat er toestemming van de patiënt nodig is voor het delen van medische gegevens. Wanneer er geen toestemming is, dan is er geen rechtvaardiging voor het doorbreken van het medisch beroepsgeheim en kunnen de gegevens niet worden gedeeld met de verzekeraar. Bovendien, zo stelt A-G Hartlief, kunnen medische gegevens zonder toestemming van de patiënt niet worden gedeeld op basis van de AVG. A-G Hartlief komt tot de conclusie dat er een medische machtiging van de patiënt nodig is voor het delen van medische gegevens.
Vervolgens gaat A-G Hartlief in op de vraag of een zorgaanbieder ook een inhoudelijk standpunt moet innemen over de claim als de patiënt geen toestemming heeft gegeven voor het delen van medische gegevens. Dit kan, volgens A-G Hartlief, niet van een zorgaanbieder worden verwacht. A-G Hartlief concludeert dat als de patiënt weigert een medische machtiging te ondertekenen, de zorgaanbieder geen inhoudelijk standpunt hoeft in te nemen. Wel merkt A-G Hartlief op dat indien de medische machtiging (te) ruim is geformuleerd en de patiënt om die reden de machtiging niet wil ondertekenen, het ziekenhuis er niet aan kan ontkomen een inhoudelijk standpunt in te nemen, dan wel de machtiging concreter te maken. In het verlengde daarvan geeft A-G Hartlief een aantal criteria voor een 'adequate' medische machtiging. De medische machtiging zou beperkt moeten zijn tot medische informatie die betrekking heeft op het verwijt dat het ziekenhuis wordt gemaakt en de daarmee gepaard gaande claim en zou waar mogelijk gespecificeerd moeten worden.
Conclusie
De conclusie van A-G Hartlief biedt wat ons betreft duidelijkheid in een terugkerende discussie en is praktisch uitvoerbaar. Op basis van dit advies kan niet langer van zorgaanbieders worden verwacht dat zij een inhoudelijk standpunt innemen, als de medische gegevens niet gedeeld mogen worden met de aansprakelijkheidsverzekeraar. Wat ons betreft biedt A-G Hartlief hier een goede voorzet, waarbij de input van de praktijk, is meegewogen. Thans is het wachten op de Hoge Raad om te bezien of het advies wordt overgenomen. Nog onduidelijk is wanneer de Hoge Raad arrest gaat wijzen.
Dit is een Legal Update van Jonna De Clerck en Petra klein Gunnewiek.