Brancheringsregels in bestemmingsplan? Gemeenteraad moet effectiviteit maatregel aantonen!
22-06-2018
Woensdag 20 juni jl. heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (hierna: ‘de Afdeling’) in een tussenuitspraak de gemeenteraad van Appingedam opgedragen om de brancheringsregeling in het bestemmingsplan “Stad Appingedam” beter te onderbouwen. Aan de hand van onderzoeksgegevens of andere gegevens moet de raad aannemelijk maken dat het beleid om in een bepaald gebied alleen handel in volumineuze goederen toe te staan effectief is om de leefbaarheid van het stadscentrum te behouden en leegstand daar te voorkomen.
De tussenuitspraak van de Afdeling volgt op het arrest van het Hof van Justitie van de EU van 30 januari 2018 waarin het Hof op prejudiciële vragen van de Afdeling antwoordde dat detailhandel is aan te merken als dienst in de zin van de Dienstenrichtlijn en dat een brancheringsregeling in een bestemmingsplan daarom moet voldoen aan de eisen van de Dienstenrichtlijn. Dit brengt in het bijzonder mee dat een maatregel evenredig moet zijn in de zin dat deze (1) geschikt is voor het doel, (2) niet verdergaat dan nodig en (3) dat het doel niet met andere, minder beperkende maatregelen kan worden bereikt.
Met de tussenuitspraak is duidelijk dat het niet meer voldoende is om in de toelichting van een bestemmingsplan waarin voor gronden slechts bepaalde vormen van detailhandel zijn toegestaan te volstaan met het herhalen van algemene ervaringsregels dat branchering helpt bij het leefbaar houden van het centrum. Dat is gezien het nieuwe toetsingskader onvoldoende. Er moet een analyse met specifieke gegevens komen waaruit blijkt dat branchering een geschikte en evenredige maatregel is.
De Afdeling geeft aan dat daarbij gedacht kan worden aan landelijk, provinciaal of lokaal effectiviteitsonderzoek naar ruimtelijk detailhandelsbeleid of relevant koopstromenonderzoek. Hierbij kan het gegeven dat Appingedam een krimpregio is worden meegenomen. Nu dit onderzoek echter mist, kan de Afdeling de evenredigheid van de bestemmingsplanregel niet beoordelen. De gemeenteraad krijgt daarom een half jaar de tijd om een dergelijke analyse alsnog te laten opstellen.
Dit is een Legal update van Merel Holtkamp.