Wet oneerlijke handelspraktijken landbouw- en voedselvoorzieningsketen: "van boer tot bord"
13-09-2021
In Bedrijfsjuridische berichten (Bb) 2021/92, schreef Sonja Kruisinga het artikel 'Wet oneerlijke handelspraktijken landbouw- en voedselvoorzieningsketen: "van boer tot bord"'.
Met ingang van 1 november 2021 zal de Wet oneerlijke handelspraktijken landbouw- en voedselvoorzieningsketen in werking treden. Deze wet ziet op de landbouw- en voedselvoorzieningsketen en verbiedt oneerlijke handelspraktijken in bepaalde handelsrelaties tussen leveranciers en afnemers van landbouw- en voedingsproducten. Dat betekent dat deze wet voor vele spelers relevant is.
De Wet oneerlijke handelspraktijken landbouw- en voedselvoorzieningsketen strekt tot implementatie van richtlijn (EU) 2019/633 inzake oneerlijke handelspraktijken in de relaties tussen ondernemingen in de landbouw- en voedselvoorzieningsketen. Terzijde zij opgemerkt dat de datum van inwerkingtreding van deze wet (op 1 november 2021) afwijkt van het beleid inzake vaste verandermomenten, dat uitgaat van inwerkingtreding van wetten op 1 januari of 1 juli. De reden voor deze afwijking is gelegen in de wens om aan te sluiten bij de datum genoemd in artikel 13 lid 1 van de hiervoor genoemde richtlijn.
In deze bijdrage zal Sonja allereerst het doel van de hiervoor genoemde richtlijn bespreken, waarna zij ingaat op het toepassingsgebied van de wet en daarin opgenomen oneerlijke handelspraktijken. Sonja sluit af met enkele opmerkingen over de handhaving en inwerkingtreding van de wet.