Verduidelijking burgerschapsopdracht in funderend onderwijs

13-02-2020

Minister Arie Slob (Onderwijs, ChristenUnie) heeft een wetsvoorstel ingediend om een aantal onderwijswetten te wijzigingen in verband met verduidelijking van de burgerschapsopdracht aan scholen in het primair, speciaal en voortgezet onderwijs. Op 22 januari jl. is het verslag van de openbare behandeling van dit wetsvoorstel in de Tweede Kamer vastgesteld.

Scholen moeten al sinds 2006 aandacht geven aan actief burgerschap en sociale integratie. De huidige burgerschapsopdracht schrijft voor dat het onderwijs ervan uitgaat dat leerlingen opgroeien in een pluriforme samenleving, dat onderwijs mede gericht is op het bevorderen van actief burgerschap en sociale integratie en dat leerlingen kennis hebben van en kennismaken met verschillende achtergronden en culturen van leeftijdgenoten (artikel 8 van de Wet op het primair onderwijs, artikel 11 van de Wet op de expertisecentra en artikel 17 van de Wet op het voorgezet onderwijs).

Deze formulering sluit volgens de minister niet (meer) voldoende aan bij (de ontwikkelingen in) de samenleving. De kwaliteit van het onderwijs loopt op dit punt zeer uiteen en de kennis en overige competenties van Nederlandse leerlingen zijn op dit punt lager dan in vergelijkbare landen. Ook is er kritiek op de beperkte mogelijkheden die de Inspectie van het Onderwijs heeft om te kunnen toetsen in hoeverre een school voldoet aan de burgerschapsopdracht.

Het wetsvoorstel moet hier verandering in brengen, door de algemene burgerschapsopdracht aan scholen meer verplichtend te maken en te verduidelijken. De nieuwe burgerschapsopdracht houdt in dat onderwijs actief burgerschap en sociale cohesie moet bevorderden, waarbij het zich in ieder geval richt op het bijbrengen van respect voor en kennis van de basiswaarden van de democratische rechtsstaat, de universeel geldende fundamentele rechten en vrijheden van de mens en het ontwikkelen van de sociale en maatschappelijke competenties die de leerling in staat stellen deel uit te maken van en bij te dragen aan de pluriforme, democratische Nederlandse samenleving. Scholen hebben op basis van artikel 23 Grondwet een grote mate van vrijheid om zelf invulling te geven aan de burgerschapsopdracht, maar moeten wel zorgdragen voor een schoolcultuur die in overeenstemming is met deze waarden. Met de voorgestelde bepaling wordt ook aangesloten bij de burgerschapsopdracht van het mbo.

Het streven is de onderwijswetten hiermee te wijzigen per 1 augustus 2020. Vanaf dat moment zal de Inspectie met scholen in gesprek gaan over hun burgerschapsopdracht.

Dit is een Legal Update van het sectorteam Onderwijs

Download als pdf

Specialist(en)