Herstructureren met groepsbelang als drijfveer

20-01-2023

Als gevolg van de recente economische ontwikkelingen komen steeds meer ondernemingen in zwaar weer terecht. Ook het aantal uitgesproken faillissementen neemt sinds kort weer toe. Belangrijk is daarom dat u op tijd de problemen binnen uw onderneming signaleert en daarop de juiste acties onderneemt. In deze achtste en tevens laatste blog van de 8-delige blogreeks 'Herstructureren in crisistijd', gaat Rhea Bask in op herstructureringen met het groepsbelang als drijfveer.

Staat uw vennootschap aan het hoofd van een groep of maakt zij daar onderdeel vanuit? Dan zult u als bestuurder vaak niet alleen de belangen van uw eigen vennootschap, maar ook de belangen van de groep als geheel in acht moeten nemen. In deze blog wordt toegelicht waar u op moet letten, met name als binnen een groepsverband herstructureringsmaatregelen worden getroffen.

Het vennootschappelijk belang

Als bestuurder van een vennootschap dient u zich in principe te richten op het belang van uw vennootschap. Dit vennootschappelijk belang is verder niet ingekleurd in de wet, maar heeft wel nadere invulling gekregen in de praktijk. Het vennootschappelijk belang houdt kortgezegd in 'het bevorderen van het bestendige succes van de onderneming van de vennootschap'. Verder zal het bestuur ook de belangen van de bij de onderneming betrokken partijen – zoals schuldeisers en aandeelhouders – in acht moeten nemen.

Het groepsbelang

Verschillende vennootschappen kunnen samen een groep vormen. Dat is het geval wanneer zij 'organisatorisch verbonden zijn en een economische eenheid vormen', aldus artikel 2:23b BW. Dit kan bijvoorbeeld een moedervennootschap met twee of meer dochtervennootschappen zijn. De moedervennootschap heeft dan vaak de statutaire bevoegdheid om de besturen van de dochtervennootschappen instructies te geven. De besturen van de dochtervennootschappen moeten die dan opvolgen.

Wanneer sprake is van een groep, dan richten de besturen van de vennootschappen zich met name op het gezamenlijke groepsbelang. Het belang van de individuele vennootschappen is dan minder belangrijk. Afhankelijk van de financiële omstandigheden binnen de groep kan dit uitgangspunt echter veranderen en kunnen belangen van de groep en de individuele vennootschappen recht tegenover elkaar komen te staan. Dit is met name het geval wanneer niet alle vennootschappen rendabel zijn, bijvoorbeeld wanneer één van de groepsvennootschappen zwaar verlieslatend is en op een faillissement afstevent, terwijl de andere juist mooie winstcijfers maakt.

Herstructurering binnen een groep

In het bovengenoemde scenario zal de moedervennootschap als 'leidinggevende', maatregelen willen treffen om de situatie bij de dochtervennootschappen te herstellen. Er zijn vele mogelijkheden. Zo kan de moedervennootschap ervoor kiezen om afstand te nemen van de verlieslatende dochter door middel van verkoop van de aandelen of door een faillissementsaanvraag. Zij kan de vennootschap ook ondersteunen door zelf krediet te verschaffen, of door een (winstgevende) dochtervennootschap instrueren dit te doen.

Voor het bestuur van de winstgevende dochtervennootschap is het nemen van de beslissing om krediet te verschaffen (of anderszins de verlieslatende vennootschap te ondersteunen) niet altijd eenvoudig.

Het bestuur wordt dan immers geconfronteerd met de wensen van de moedervennootschap en het groepsbelang, terwijl dit niet per se in het belang van de eigen vennootschap is. Het is tenslotte niet de bedoeling dat de winstgevende dochtervennootschap samen met de verlieslatende zuster in de financiële problemen terecht komt, terwijl zij op dat moment nog een gezonde onderneming heeft.

Het bestuur van de dochtervennootschap zal in zulke gevallen een zelfstandige belangenafweging moeten maken om de instructie van de moedervennootschap op te volgen of niet. In de praktijk blijkt dit een lastige situatie: het negeren van de instructie van de moedervennootschap kan onder andere het ontslag van het bestuur van de dochtervennootschap tot gevolg hebben. Tegelijkertijd heeft het bestuur in dit soort ingrijpende situaties bovenal de belangrijke taak om de belangen van zijn eigen vennootschap na te streven. Doet men dat niet, dan riskeert het bestuur aansprakelijkheid tegenover die vennootschapen of tegenover diens schuldeisers. Om dit te voorkomen, kan het negeren van een instructie van een moedervennootschap soms noodzakelijk zijn.

Kortom

Bij financieel zwaar weer zullen bestuurders van groepsmaatschappijen in het oog moeten houden welke belangen zij moeten behartigen. Kiest u als bestuurder voor de belangen van de groep (en volgt u de instructies van de moedervennootschap op) of kiest u voor de belangen van de eigen vennootschap? Hoewel die vraag zich niet altijd eenvoudig laat beantwoorden, doet u er al bestuurder goed aan om hierover een weloverwogen besluit te nemen en waar nodig juridisch advies in te winnen.  

Wilt u meer weten over herstructureringen met het groepsbelang als drijfveer? Neem dan contact op met een van onze specialisten. Wij zijn u vraag van dienst.

Download als pdf

Specialist(en)