Brexit: wat betekent het voor procedures over bestaande en nieuwe contracten?
07-12-2018
Naar aanleiding van de uitslag van het Brexit referendum van juni 2016 heeft de Britse premier Theresa May op 29 maart 2017 aan de Europese Raad kennis gegeven van het voornemen tot terugtrekking uit de EU (conform artikel 50 lid 2 VEU). Op 25 november 2018 heeft de Europese Raad het akkoord betreffende de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk uit de Europese Unie bekrachtigd. Wat zijn de juridische consequenties hiervan?
Wat zegt het VEU?
Op grond van artikel 50 lid 3 VEU geldt dat de verdragen betreffende de Europese Unie niet meer van toepassing zijn op een staat die heeft aangegeven zich te willen terugtrekken uit de EU. Dit geldt ‘met ingang van de datum van inwerkingtreding van het terugtrekkingsakkoord of, bij gebreke daarvan, na verloop van twee jaar na de in lid 2 bedoelde kennisgeving’. Indien binnen de termijn van twee jaar, dat wil in dit geval dus zeggen voor 29 maart 2019, geen akkoord is gesloten voor de terugtrekking uit de EU, zijn vanaf 29 maart 2019 de verdragen dus niet meer van toepassing op het Verenigd Koninkrijk, tenzij een ander akkoord wordt bereikt óf deze termijn wordt verlengd (artikel 50 lid 3 VEU). De bedoeling is aldus dat de EU een akkoord zal sluiten met het Verenigd Koninkrijk. Na langdurige onderhandelingen is inmiddels een dergelijk akkoord gepubliceerd en heeft het kabinet van Theresa May zich 14 november 2018 geschaard achter het Draft Agreement voor Brexit. Dit akkoord dient nog te worden goedgekeurd door het Europees Parlement en het Britse Parlement. Het is dus nog niet definitief.
Wat is er afgesproken in het Draft Agreement?
Overgangsperiode:
Het Draft Agreement bepaalt dat er een overgangsperiode (transition period) zal zijn van 30 maart 2019 tot 31 december 2020 (artikel 126 Draft Agreement). Tenzij anders bepaald zal het EU recht van toepassing blijven in het Verenigd Koninkrijk gedurende deze periode (artikel 127 Draft Agreement). Wat betekent dit voor de twee belangrijke verordeningen in het internationaal contractenrecht: de Verordening Rome I (toepasselijk recht op verbintenissen uit overeenkomsten) en Verordening Brussel I bis (bevoegdheid, erkenning en tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken)? Anders gezegd, wat betekent het Draft Agreement voor de vraag welk recht van toepassing is op een overeenkomst? En wat betekent het voor de tenuitvoerlegging van gerechtelijke uitspraken uit de lidstaten van de Europese Unie in het Verenigd Koninkrijk en vice versa?
Toepasselijk recht op overeenkomsten:
De Verordening Rome I inzake het toepasselijk recht op verbintenissen uit overeenkomsten zal van toepassing blijven op overeenkomsten die tot stand zijn gekomen (‘contracts concluded’) vóór het einde van de overgangsperiode, dat wil zeggen voor 31 december 2020 (artikel 66 Draft Agreement).
Bevoegdheid, erkenning en tenuitvoerlegging van buitenlandse vonnissen in civiele zaken:
Ook ten aanzien van de vraag welke rechter bevoegd is en voor vragen inzake de erkenning en tenuitvoerlegging van buitenlandse vonnissen zal de Verordening Brussel Ibis van toepassing blijven. De Verordening blijft aldus in het Verenigd Koninkrijk van toepassing bij het beantwoorden van de vraag welke rechter bevoegd is in juridische procedures die aanhangig zijn gemaakt voor het einde van de overgangsperiode (‘in respect of legal proceedings instituted before the end of the transition period’). Ook op de erkenning en tenuitvoerlegging van buitenlandse vonnissen zal de Verordening Brussel I bis van toepassing blijven, mits het vonnis is gewezen in een juridische procedure die aanhangig is gemaakt vóór het einde van de overgangsperiode (‘judgments given in legal proceedings instituted before the end of the transition period’) (artikel 67 Draft Agreement).
Nuance en conclusie
Een akkoord over de terugtrekking uit de Europese Unie wordt namens de Unie gesloten door de Raad, die met gekwalificeerde meerderheid van stemmen besluit, na goedkeuring door het Europees Parlement (artikel 50 lid 2 VEU). Nu nog geen goedkeuring is verleend door het Europees Parlement en ook het Britse parlement zich nog niet heeft uitgesproken over het voorstel, is nog niet zeker of (tijdig) een akkoord zal worden gesloten over de terugtrekking. De toekomst is dus nog ongewis. Dat betekent ook dat op dit moment (nog) niet met zekerheid is te zeggen wat de implicaties van deze Brexit zullen zijn voor bestaande overeenkomsten met partijen in het Verenigd Koninkrijk.
Dit is een Legal Update van Sonja Kruisinga.