Nieuwsbrief Energierecht en energietransitie nr. 40, januari - februari 2023

01-03-2023

Dit is de nieuwsbrief van januari – februari 2023 van het sectorteam Energie. In deze nieuwsbrief vindt u de meest relevante wetgeving en jurisprudentie van de afgelopen periode.

Wet- en regelgeving

  1. De Tweede Kamer heeft op 7 februari 2023 een wetsvoorstel aangenomen voor de afbouw van de salderingsregeling. De salderingsregeling is een regeling waarmee exploitanten van zonnepanelen met een kleinverbruikaansluiting op het net de door hun opgewekte en aan het net geleverde elektriciteit kunnen wegstrepen tegen via het net ingekochte stroom. Deze, voor bezitters van zonnepanelen, zeer voordelige regeling wordt volgens het wetsvoorstel vanaf 1 januari 2025 geleidelijk afgebouwd tot 1 januari 2031. In plaats van het volledig salderen, mag vanaf 2025 slechts een percentage van de elektriciteit die op een net wordt ingevoerd worden gesaldeerd met de afname. Dit percentage wordt geleidelijk afgebouwd naar nul op 1 januari 2031.
     
  2. Uit de kamerbrief van Minister De Jonge van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening van 26 januari 2023 blijkt dat de inwerkingtreding van de Omgevingswet opnieuw is uitgesteld. De brief benadrukt dat de bestuurlijke partners en het bedrijfsleven een voorkeur hebben voor inwerkingtreding op 1 januari 2024. In onze blogreeks 'Aftellen naar de Omgevingswet' is afgelopen december aandacht besteed aan de manieren waarop verschillende instrumenten uit de Omgevingswet kunnen bijdragen aan de energietransitie. Met het uitstel van de Omgevingswet, is ook de inwerkingtreding van deze instrumenten vertraagd. In het blogbericht van februari 2023 "Drukte in de ondergrond: Regulering gesloten bodemenergiesystemen noodzakelijk" wordt ingegaan op de regulering van de bodemenergiesystemen, zowel onder het huidig recht als onder de Omgevingswet. Gemeenten kunnen hier nu dus al mee aan de slag.
     
  3. In de kamerbrief van Staatssecretaris Vijlbrief van 20 januari 2023 schrijft de Staatssecretaris dat de looptijd van nieuwe en sommige bestaande winningsvergunningen voor olie en gas worden beperkt. Deze brief is opgesteld in het licht van de voorgenomen stelselwijziging van de Mijnbouwwet. Deze stelselwijziging beoogt volgens de Staatssecretaris een verschuiving van een "ja, mits" naar een "nee, tenzij" stelsel, waarbij strengere regels gesteld worden aan toekomstige mijnbouwprojecten. Bestaande vergunningen voor gas- en oliewinning met een doorlooptijd tot na 2050 wil het kabinet met het oog op de klimaatdoelen beperken in duur. Ook als er aantoonbaar geen substantiële activiteiten hebben plaatsgevonden in een (deel van de) winningsvergunning, kan besloten worden de vergunning te verkleinen.
     
  4. De Afdeling Advisering van de Raad van State heeft op 6 februari 2023 advies uitgebracht over de voorgestelde Energiewet. Het huidige wetsvoorstel is volgens de Raad van State op meerdere punten gebrekkig. Dit vloeit onder andere voort uit de verschillende doelen en functies van de wet, de onduidelijk omschreven bijdrage aan door de wet beoogde beleidsdoelen en de implementatie van Europees recht wat volgens de Raad van State in een aparte wet moet gebeuren. Ook ziet de Raad van State geen voordelen in de voorgestelde samenvoeging van de Elektriciteitswet 1998 en de Gaswet in één wet, terwijl hier volgens de Afdeling wel risico's aan kleven. Meer informatie leest over dit advies leest u in onze Legal Update 'Afdeling advisering van de Raad van State is negatief over energiewet' van 20 februari 2023.
     
  5. Eerder berichtten wij over de voortgang van de parlementaire enquêtecommissie aardgaswinning Groningen. Op 24 februari 2023 heeft deze commissie het eindrapport 'Groningers boven gas' gepresenteerd. Het bijna 2000 pagina's tellende rapport concludeert dat de belangen van Groningers structureel zijn genegeerd bij de aardgaswinning in Groningen, wat heeft geleid tot rampzalige gevolgen voor de Groningers. De commissie spreekt van 'ongekend systeemfalen, van zowel publieke als private partijen die hun plichten hebben verzaakt.'

Jurisprudentie

  1. De voorzieningenrechter van de Rechtbank Limburg heeft op 5 januari 2023 geoordeeld (ECLI:NL:RBLIM:2023:117) dat een man uit Beekdaelen afgesloten mocht worden ondanks het besluit van Minister van Klimaat en Energie Rob Jetten dat de leverancier zich deze winter tot het uiterste zou moeten inspannen om in persoonlijk contact te treden ten einde afsluiting te voorkomen. In dit geval had de betreffende man geen energiecontract bij een energieleverancier. In een dergelijk geval treedt de netbeheerder in feite op als leverancier, wat in strijd is met de Elektriciteitswet 1998 en de Gaswet. De netbeheerder heeft de man herhaaldelijk erop gewezen dat hij geen leverancier had en daarom afgesloten zou worden. Hierbij is ook vermeld dat de man contact moest opnemen met zijn voormalige leverancier voor zover hij aanvoerde daar nog een contract mee te hebben. Omdat de verplichting uit de tijdelijke maatregel van de Minister niet ziet op netbeheerders, mocht de netbeheerder in dit geval tot afsluiting overgaan.
     
  2. Het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden heeft in een uitspraak van 17 januari 2023 (ECLI:NL:GHARL:2023:488) aangegeven dat wanbetaling en de energiecrisis geen reden zijn voor zakelijke energieleveranciers om eenzijdig de tarieven aan te passen. In de kwestie voor het Hof stelde de energieleverancier Nieuw-Hollands Energiebedrijf (NHE) dat een van haar klanten, een restaurant, regelmatig te laat de energierekening betaalde. NHE heeft de klant toen de keuze gegeven om een waarborgsom te betalen of door NHE overgezet te worden naar een contract met variabel tarief. Ook mocht het restaurant van NHE kosteloos overstappen naar een andere leverancier. Het restaurant reageerde niet op dit bericht en werd door NHE overgeschakeld naar een variabel tarief, met hogere energiekosten tot gevolg. Volgens het Hof was het vragen van zekerheid van betaling op grond van de algemene voorwaarden geoorloofd, maar het overschakelen naar een variabel tarief niet. Hiermee neemt het Hof ook in overweging dat dit niet bijdraagt aan de zekerheid die NHE krijgt met betrekking tot de betaling. Door NHE is nog aangevoerd dat de gespannen energiemarkt in verband met de oorlog in Oekraïne heeft geleid tot hogere energieprijzen en dat het daarom niet meer gebruikelijk is om op dit moment vaste leveringscontracten aan te bieden. Dit zorgt er volgens het Hof echter niet voor dat het voortzetten van de overeenkomst op basis van de overeengekomen vaste tarieven naar maten van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is.
     
  3. De rechtbank Midden-Nederland heeft in haar uitspraak van 17 februari 2023 (ECLI:NL:RBMNE:2023:627) geoordeeld dat de vergunningen die de gemeente Dronten heeft verleend voor Windplan Blauw met de kennis van nu in strijd zijn met Europees recht. In de uitspraak, die is aangespannen door de actiegroep Windbrekers Swifterbant, gaat de rechtbank in op de gevolgen van het Nevele-arrest voor bestaande windparken in Nederland. In het Nevele-arrest werd geoordeeld dat de Nederlandse regels voor windmolens niet voldeden aan Europees recht, omdat er voor deze regels een milieubeoordeling gemaakt had moeten worden. De regering is bezig deze milieubeoordeling te maken, maar in de tussentijd geldt een overbruggingsregeling. De rechter oordeelt nu dat deze overbruggingsregeling ook in strijd is met het Europees recht, nu hier ook een milieubeoordeling voor had moeten worden gemaakt. Gevolg hiervan is volgens de rechtbank dat er een verplichting kan bestaan om bestaande omgevingsvergunning op te schorten of in te trekken. In dit geval is daar echter nog geen sprake van, omdat de regering bezig is met de beoordeling en deze op relatief korte termijn (begin 2024) beschikbaar zal zijn. Hiermee geeft de rechtbank ook een expliciete waarschuwing aan het rijk: wanneer de planning van het rijk voor nieuwe normen van begin 2024 niet wordt gehaald, dan kan dit aanleiding zijn om opnieuw te kijken naar de vergunningen. Ook wanneer er nieuwe rechtspraak van de Afdeling komt over windturbines kan dit noodzakelijk zijn. Daarom: "Het college moet uit zichzelf de hiervoor genoemde nadere beoordeling maken als dat nodig blijkt. Wanneer dat niet gebeurt en Windbrekers Swifterbant een dergelijke beoordeling wel wensen, dan kunnen zij het college verzoeken om daarover een besluit te nemen."

Dit is een nieuwsbrief van het sectorteam Energie.

Download als pdf

Specialist(en)